Bloedgabbers (De criminele jaren 1977 – 1982)
Het tweede deel uit de trilogie die George Boellaard schreef over het leven van zijn broer Jan (“Poes”), een van de Heineken-ontvoerders. Het derde deel handelt over de Heineken-ontvoering, het eerste deel (Wij willen gangster worden) over de eerste schreden op het criminele pad van Jan Boellaard, Frans Meijer en Cor van Hout.
In het boek veel actie en couleur locale uit het Amsterdam van de jaren zeventig en tachtig. Zo raakten Van Hout, Meijer en Boellaard op 16 oktober 1977 verzeild in een schietpartij met de politie. Ze ontkomen, maar Meijer moet in een woning in de Staatsliedenbuurt met een aardappelschilmesje nog wel een kogelpunt uit Boellaard’s been verwijderen.
Het zijn de jaren dat de groep een serie succesvolle overvallen doet in Amsterdam. In achterkamertjes in de Staatsliedenbuurt worden de briefjes gesorteerd en geteld. Op een dag in 1980, zo noteerde Jan Boellaard, was er na alweer een verdeling van geeltjes, vijfjes, tientjes en honderdjes, sprake van een mijlpaal: ‘ Ik was eindelijk miljonair.’
In dit deel twee maakt ook Willem Holleeder zijn entree, ondanks flink wat reserves.
Het eindigt met de nieuwjaarsnacht van 1983, als de heren besluit een vermogend persoon te gaan ontvoeren.
Zie ook:
Bloedgabbers: ‘Ik was eindelijk miljonair’